VAKnieuws

    ga naar het VAKnieuws totaal overzicht

18116

Partneralimentatie en verwijtbaarheid van inkomensverlies

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 03-05-2018 ECLI:NL:GHARL:2018:4238
Jurisprudentie - Geschilbeslechting
Alimentatie
1:401 BW
Rechtsvraag

Is er van de kant van de man sprake van verwijtbaar inkomensverlies door de verkoop van aandelen door de man dat in het kader van partneralimentatie voor zijn risico dient te blijven?

Overweging

Naar het oordeel van het hof is in het onderhavige geval voldoende gebleken dat het inkomensverlies bij de man niet voor herstel vatbaar is en heeft de man voldoende onderbouwd dat hem ter zake van het inkomensverlies niet een zodanig verwijt kan worden gemaakt dat het voor zijn rekening en risico dient te blijven. Niet betwist is in dit verband dat de man uit hoofde van de afspraken in het convenant betreffende de partneralimentatie en de vermogensrechtelijke afwikkeling van het huwelijk, waaronder mede begrepen de verdeling van de waarde van de aandelen in de besloten vennootschap C BV, aanzienlijke bedragen aan de vrouw heeft moeten voldoen. De afspraken tussen partijen in het convenant over de verdeling houden in dit verband onder meer in dat de aandelen in de holding van de man (C BV) aan de man worden toegedeeld en dat de vrouw daarvoor aanspraak heeft op betaling van € 97.375,- (netto) waarvan € 25.687,50 is voldaan in mei 2015 en de andere drie gelijke jaarlijkse termijnen van € 23.895,83 door de man jaarlijks uiterlijk op 31 januari dienen te worden voldaan dus de laatste termijn uiterlijk op 31 januari 2018. Dat de man gebrouilleerd is geraakt met zijn zakenpartner E en de man niet de financiering rond kon krijgen om zelf de aandelen over te nemen is naar het oordeel van het hof door de vrouw onvoldoende betwist. Gelet op de aard van de bedrijfsactiviteiten van de man, waaronder de in- en verkoop van metaalwaar, komt het hof voorts aannemelijk voor dat de man de resterende middelen moet en heeft moeten aanwenden om voorraad in te kunnen kopen en aldus zijn bedrijfsactiviteiten te kunnen ontplooien.

Gelet op het voorgaande zal het hof bij berekening van de draagkracht van de man uitgaan van het (vooralsnog) door de belastingdienst geaccordeerd verlaagd gebruikelijk DGA-salaris van € 25.200,- bruto op jaarbasis. Het voorgaande betekent dat de grieven van de vrouw in het principaal hoger beroep met betrekking tot het inkomen van de man falen en de incidentele grief van de man op dit punt slaagt.


 


ga naar het VAKnieuws totaal overzicht

VAKnieuws is een initiatief van en wordt u aangeboden door centrum permanente educatie.


VAKnieuws houdt u middels praktische en uitgekiende samenvattingen op de hoogte van belangrijke juridische ontwikkelingen. Al het vaknieuws wordt met uiterste zorg samengesteld. De samenstellers, makers en centrum permanente educatie zijn niet aansprakelijk voor enigerlei schade als gevolg van het gebruik van dit vaknieuws.