VAKnieuws
ga naar het VAKnieuws totaal overzicht
23019
GGZ: relatieve bevoegdheid rechtbankHoge Raad der Nederlanden, 24-02-2023 ECLI:NL:HR:2023:316 Jurisprudentie - RechtseenheidProcesrecht GGZ 1:6 lid 1 Wvggz Rechtsvraag Hoe zit het met de relatieve bevoegdheid als betrokkene gedurende de procedure wordt overgebracht naar een ander arrondissement? OverwegingArtikel 1:6 lid 1, eerste zin, Wvggz moet als volgt worden uitgelegd. Op grond van deze bepaling is de rechter van de woonplaats van de betrokkene of de rechter van de plaats waar hij hoofdzakelijk of daadwerkelijk verblijft, bevoegd in zaken betreffende de Wvggz (uitgezonderd hoofdstuk 5, paragraaf 6, en hoofdstuk 10). Daarbij is het tijdstip van indiening van het verzoek bepalend. In het geval dat de betrokkene na de indiening van het verzoekschrift zijn woonplaats of de plaats waar hij hoofdzakelijk of daadwerkelijk verblijft, heeft verplaatst naar een ander arrondissement, kan de rechter, zo nodig ambtshalve, de zaak in de stand waarin zij zich bevindt, verwijzen naar de rechter van dat arrondissement. Verwijzing moet op een zodanig tijdstip plaatsvinden dat de bij wet voor de beslissing van de rechter gestelde termijn kan worden gehaald.2 Overeenkomstig art. 270 lid 3 Rv is tegen de beslissing om de zaak naar een andere rechter te verwijzen geen hogere voorziening toegelaten.
Binnenkort:
Procederen in erfrechtzaken |
ga naar het VAKnieuws totaal overzicht