VAKnieuws

    ga naar het VAKnieuws totaal overzicht

22104

Tweeconclusieregel en verweer bij mondelinge behandeling

Hoge Raad der Nederlanden, 25-11-2022 ECLI:NL:HR:2022:1758
Jurisprudentie - Geschilbeslechting
Alimentatie
Procesrecht
361 Rv, 1:156 BW, 1:401 BW
Rechtsvraag

Heeft het hof ten onrechte besloten om in te gaan op het primaire verweer van de man dat er geen grond is om een  prestation compensatoire  vast te stellen aangezien de man dat verweer pas bij de mondelinge behandeling gevoerd en het verweer daarom op grond van de tweeconclusieregel buiten beschouwing te dient blijven?

Overweging

Nee. De vrouw heeft pas in hoger beroep een verzoek tot vaststelling van een  prestation compensatoire  gedaan. De man heeft zich bij verweerschrift in hoger beroep, tevens houdende incidenteel hoger beroep, op het standpunt gesteld dat het verzoek om processuele redenen niet toewijsbaar is en dat, indien hij een  prestation compensatoire  verschuldigd is, deze € 125.170,-- beloopt. De man heeft daarbij verwezen naar een  legal opinion  van zijn Franse advocaat. Daarin staat onder meer dat de uiteenzetting over de  prestation compensatoire  niet mag worden opgevat als een erkenning van het verschuldigd zijn van een  prestation compensatoire . In haar verweerschrift in het incidenteel appel heeft de vrouw aangevoerd dat de man zelf ook ervan uitgaat dat hij een  prestation compensatoire  verschuldigd is en dat partijen nog slechts twisten over het door de rechter vast te stellen bedrag. In reactie daarop heeft de man, voorafgaand aan de mondelinge behandeling, een aanvullende  legal opinion  van zijn Franse advocaat overgelegd, waarin wordt uiteengezet welke voorwaarden gelden voor een  prestation compensatoire  en dat niet vaststaat dat de Franse rechter een  prestation compensatoire  zou toekennen, omdat aan die voorwaarden niet is voldaan, gelet op het inkomen en het vermogen van de vrouw. Uit de pleitnotities van partijen en het proces-verbaal van de mondelinge behandeling blijkt dat de man zich bij die gelegenheid op het standpunt heeft gesteld dat er geen reden is om enige  prestation compensatoire  vast te stellen gelet op het inkomen en het vermogen van de vrouw en dat de vrouw in reactie daarop, onder verwijzing naar een uitspraak van een Franse rechter, heeft aangevoerd dat juist bij grote vermogens een  prestation compensatoire  wordt vastgesteld. Voorts hebben de Franse advocaten van de vrouw en van de man ter zitting toegelicht in welke gevallen en op welke wijze de  prestation compensatoire  in Frankrijk wordt toegekend.

In het licht van dit procesverloop heeft het hof kennelijk en niet onbegrijpelijk geoordeeld dat de vrouw bij de mondelinge behandeling, door zonder voorbehoud in te gaan op het standpunt van de man dat er geen grond is om een  prestation compensatoire  vast te stellen, ondubbelzinnig erin heeft toegestemd dat dit standpunt alsnog in de rechtsstrijd wordt betrokken. De klacht faalt.


 


ga naar het VAKnieuws totaal overzicht

VAKnieuws is een initiatief van en wordt u aangeboden door centrum permanente educatie.


VAKnieuws houdt u middels praktische en uitgekiende samenvattingen op de hoogte van belangrijke juridische ontwikkelingen. Al het vaknieuws wordt met uiterste zorg samengesteld. De samenstellers, makers en centrum permanente educatie zijn niet aansprakelijk voor enigerlei schade als gevolg van het gebruik van dit vaknieuws.