personen-, familie- en erfrecht

VAKnieuws

Hoger beroep tegen schorsing tenuitvoerlegging

Nr: 25126 Gerechtshof Amsterdam, 25-11-2025 ECLI:NL:GHAMS:2025:3140 Jurisprudentie Rechtsontwikkeling Alimentatie
Procesrecht
438 lid 3 Rv

Rechtsvraag

Heeft de voorzieningenrechter de tenuitvoerlegging van de beschikking over de kinder- en partneralimentatie terecht geschorst in afwachting van het hoger beroep tegen die beschikking?

Overweging

De voorzieningenrechter heeft de tenuitvoerlegging van de beschikking over de kinder- en partneralimentatie geschorst in afwachting van het hoger beroep tegen die beschikking. 

De vrouw is in hoger beroep gegaan tegen het vonnis van de voorzieningenrechter. Het hof oordeelt, anders dan de voorzieningenrechter, dat de man onvoldoende heeft onderbouwd dat hij in een noodsituatie komt als de tenuitvoerlegging niet wordt geschorst. Dat hij in loondienst een lager inkomen heeft dan toen hij als zzp'er werkte betekent niet per se dat hij niet aan zijn onderhoudsverplichtingen kan voldoen. De man moet zijn noodsituatie aantonen, onder meer door inzicht te verschaffen in zijn vermogenspositie.

Cursussen binnenkort:

Lees verder
 

Samenhang echtscheiding en nevenverzoeken

Nr: 25125 Gerechtshof Amsterdam, 25-11-2025 ECLI:NL:GHAMS:2025:3143 Jurisprudentie Geschilbeslechting Echtscheiding 827 Rv

Rechtsvraag

Mocht de echtscheiding worden uitgesproken onder aanhouding van de beslissing op de nevenverzoeken?

Overweging

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en de beslissingen op de nevenverzoeken aangehouden. De vrouw komt daartegen in hoger beroep. Zij is ernstig ziek en terminaal. Zij stelt dat zij er daarom belang bij heeft dat de echtscheiding pas wordt uitgesproken wanneer gelijktijdig kan worden beslist op de nevenverzoeken. De man stelt dat hij juist belang heeft bij het direct uitspreken van de echtscheiding, omdat de vrouw terminaal is. 

Het hof oordeelt dat  door de vrouw onvoldoende bijzondere omstandigheden zijn aangevoerd, waardoor de band tussen het verzoek tot echtscheiding en de verzochte nevenvoorzieningen zou moeten worden hersteld door tezelfdertijd te beslissen op die verzoeken.

Lees verder

Al onze cursussen

Centrum Permanente Educatie biedt hoogwaardige juridische cursussen, afgestemd op de praktijk en verzorgd met enthousiasme en expertise.

Bekijken
 

Bewind over goederen van echtgenoten

Nr: 25118 Gerechtshof Amsterdam, 11-11-2025 ECLI:NL:GHAMS:2025:3018 Jurisprudentie Geschilbeslechting Curatele, bewind en mentorschap 1:431 BW

Rechtsvraag

Is er reden om bewind in te stellen over de goederen van betrokkene?

Overweging

In eerste aanleg is het bewind uitgesproken over de goederen van betrokkene. Ook is het bewind uitgesproken over de goederen van zijn echtgenote en er is ook mentorschap voor haar uitgesproken. Zijn echtgenote verblijft in een verzorgingshuis. In hoger beroep komt betrokkene op tegen het bewind over zijn goederen. Hij vindt dat hij zelf voor zijn financiën kan zorgdragen en hij geeft aan samen te zullen werken met de bewindvoerder van zijn echtgenote.  Het hof vernietigt het bewind over de goederen van betrokkene.  Hij kan zijn financiën zelf regelen. Er is ten aanzien van zijn goederen niet voldaan aan de voorwaarden van artikel 1:431 BW. 

Cursussen binnenkort:

Lees verder
 

Omgangsregeling met grootouders

Nr: 25108 Gerechtshof Amsterdam, 14-10-2025 ECLI:NL:GHAMS:2025:2811 Jurisprudentie Rechtsontwikkeling Gezag en omgang 1:377a BW; artikel 8 en 16 IVRK

Rechtsvraag

Heeft de grootmoeder recht op omgang met haar kleinkinderen?

Overweging

Het hof oordeelt dat de rechtbank het verzoek terecht heeft getoetst aan artikel 1:377a BW, en het verzoek terecht heeft afgewezen. De grootmoeder  beroept zich op het aanhangige wetsvoorstel Wet drempelverlaging omgang grootouders (‘Wet drempelverlaging omgang grootouders’, Kamerstukken II 2022/23, 36 364, nr. 1 e.v.).  Het hof ziet geen aanleiding om vooruit te lopen op het wetsvoorstel omdat het nog aanhangig is bij de Eerste Kamer.  Verder overweegt het hof dat het enkele bestaan van een familierechtelijke betrekking niet voldoende is om aan te nemen dat sprake is van een nauwe persoonlijke betrekking of ‘family life’. 

Cursussen binnenkort:

Lees verder
 

Gezamenlijk gezag met niet-ouder alleen mogelijk op gezamenlijk verzoek

Nr: 25087 Gerechtshof Amsterdam, 12-08-2025 ECLI:NL:GHAMS:2025:2159 Jurisprudentie Rechtseenheid Gezag en omgang 1:253t BW

Rechtsvraag

Kan de niet-juridische ouder eenzijdig verzoeken om samen met de juridische ouder met het gezamenlijk gezag te worden belast?

Overweging

Verzoeker en verweerder zijn tijdens hun relatie met een adoptietraject gestart. De minderjarige is tijdens de relatie bij hen geplaatst. Voordat partijen de adoptie konden verzoeken (vanaf één jaar na plaatsing) is de relatie verbroken. Daardoor was enkel éénouderadoptie mogelijk. Verzoeker heeft de minderjarige geadopteerd en is van rechtswege de juridisch ouder met gezag geworden. Partijen hebben afspraken gemaakt over de omgangsregeling met verweerder. Nu er een geschil is ontstaan tussen partijen over de omgangsregeling, heeft verweerder ex 1:253t BW verzocht hem samen met verzoeker met het gezamenlijk ouderlijk gezag te belasten. De rechtbank heeft dit verzoek toegewezen. Het hof vernietigt deze beslissing, omdat gezamenlijk gezag met een niet-ouder op grond van de wet enkel kan worden verzocht door een ouder met gezag en de niet-ouder gezamenlijk. De niet-ouder kan dit verzoek niet eenzijdig doen. Het hof is van oordeel dat dit niet in strijd is met artikel 8 EVRM en artikel 3 IVRK.

Cursussen binnenkort:

Lees verder
 

Gedeeltelijke gezagsuitoefening door GI alleen mogelijk bij een machtiging tot uithuisplaatsing

Nr: 25086 Gerechtshof Amsterdam, 12-08-2025 ECLI:NL:GHAMS:2025:2163 Jurisprudentie Rechtseenheid Jeugdrecht
Procesrecht
Artikel 1:265e BW

Rechtsvraag

Kan artikel 1:265e BW naar analogie worden toegepast bij wijziging hoofdverblijfplaats tijdens ondertoezichtstelling?

Overweging

De rechtbank heeft aan de GI het gedeeltelijk gezag toegekend voor de inschrijving van het kind bij een school. Het hof doet een rechtmatigheidstoets, en oordeelt dat de GI niet-ontvankelijk was in het verzoek om met het gedeeltelijk gezag te worden belast. Artikel 1:265e BW is alleen van toepassing in de situatie waarin het kind met een machtiging uit huis is geplaatst. Is casu is tijdens de ondertoezichtstelling de hoofdverblijfplaats van het kind gewijzigd maar van een machtiging tot uithuisplaatsing is geen sprake. In deze situatie kan artikel 1:265e BW niet analoog worden toegepast, zo blijkt uit de wetsgeschiedenis. Het hof overweegt dat het van oordeel is dat in een situatie waarin de wetgever in zijn toelichting uitdrukkelijk op de reikwijdte van een wettelijke bepaling is ingegaan en deze heeft afgegrensd, het niet aan de rechter is om de reikwijdte van die wettelijke bepaling in weerwil van die toelichting op te rekken door de wettelijke bepaling naar analogie toe te passen op een situatie die buiten de door de wetgever expliciet bepaalde reikwijdte valt. 

Cursussen binnenkort:

Lees verder
 

Vermogen speelt een rol bij draagkracht

Nr: 25067 Gerechtshof Amsterdam, 08-07-2025 ECLI:NL:GHAMS:2025:1748 Jurisprudentie Rechtsontwikkeling Alimentatie 1:401 BW

Rechtsvraag

Mag van de gepensioneerde onderhoudsplichtige verwacht worden dat hij inteert op zijn vermogen of dat hij zijn vermogen rendabel maakt?

Overweging

Het hof overweegt als volgt. Voor de bepaling van de draagkracht van de onderhoudsplichtige, in dit geval de man, is niet alleen zijn inkomen van belang, maar ook de omvang van zijn vermogen. Daarbij gaat het niet alleen om de middelen waarover de onderhoudsplichtige beschikt, maar ook over die waarover hij kan of had kunnen beschikken. Of van een alimentatieplichtige kan worden gevergd dat hij inteert op zijn vermogen of dat rendabel maakt, hangt af van de omstandigheden van het geval.

Lees verder
 

Ambtshalve ontslag bewindvoerder

Nr: 25055 Gerechtshof Amsterdam, 03-06-2025 ECLI:NL:GHAMS:2025:1411 Jurisprudentie Geschilbeslechting Curatele, bewind en mentorschap 1:448 BW; 1:432 BW; 1:435 BW.

Rechtsvraag

Heeft de kantonrechter de bewindvoerder gerechtvaardigd ontslagen?

Overweging

Het hof oordeelt dat de kantonrechter de bewindvoerder terecht heeft ontslagen. De bewindvoerder heeft het vermogen van de rechthebbende niet goed genoeg beheerd, geen machtigingen van de kantonrechter gevraagd (ook niet achteraf) terwijl dat wel moest, en de kantonrechter onvoldoende in staat gesteld om zijn toezichthoudende taak uit te voeren door pas in oktober 2023 rekening en verantwoording af te leggen over de jaren 2020 t/m 2022. De wens van de rechthebbende is dat de bewindvoerder haar bewindvoerder blijft. Haar wens is wel belangrijk, maar  voor het hof wegen de gebreken in de bewindvoering en de transparantie daarvan zwaarder. Het vermogen van de rechthebbende daalt gestaag vanwege het grote verschil tussen haar uitgaven en inkomsten, met name haar liquide middelen, terwijl de kantonrechter onvoldoende in staat is gesteld om toezicht te houden op het bewind.

Cursussen binnenkort:

Lees verder
 

Terugkomen op draagmoederschapsovereenkomst

Nr: 25057 Gerechtshof Amsterdam, 27-05-2025 ECLI:NL:GHAMS:2025:1407 Jurisprudentie Rechtsontwikkeling Afstamming en adoptie 1:227 t/m 1:231 BW

Rechtsvraag

Kan de draagmoeder terugkomen op haar toestemming om het kind af te staan voor adoptie?

Overweging

Het hof oordeelt dat de draagmoeder kan terugkomen op de afspraak in de draagmoederschapsovereenkomst, waarin zij met de wensouders is overeengekomen dat zij het kind aan de wensouders zal afstaan ter adoptie. De draagmoeder heeft zich in het eerste jaar na de geboorte van het kind bedacht over de rol die zij in het leven van het kind wil spelen. Het hof laat vooral meewegen dat daardoor niet langer is voldaan aan het vereiste uit artikel 1:227 lid 3 BW luidende dat op het tijdstip van het verzoek tot adoptie vast moet staan dat het kind en voor de toekomst redelijkerwijs te voorzien moet zijn dat het kind niets meer van zijn ouder of ouders in de hoedanigheid van ouder te verwachten heeft.

Het hof anticipeert niet op het wetsvoorstel  Kind, draagmoederschap en afstamming (36 390).  


Lees verder
 

Opeisbaarheid, verjaring en stuiting van in de samenlevingsovereenkomst overeengekomen vergoedingsrechten

Nr: 25049 Gerechtshof Amsterdam, 06-05-2025 ECLI:NL:GHAMS:2025:1207 Jurisprudentie Rechtsontwikkeling Ex-samenwoners 3:307 BW; 3:313 BW; 3:317 BW; 3:318 BW; 6:131 BW; 3:169 BW; 3:172 BW.

Rechtsvraag

Heeft de man vergoedingsrechten? En zo ja, wanneer werden die opeisbaar? Wanneer zijn die verjaard? Is de verjaring gestuit? En kan er worden verrekend?

Overweging

In dit arrest van het Hof Amsterdam gaat het over de door ex-samenwoners in hun notariële samenlevingsovereenkomst opgenomen vergoedingsrechten, en de vraag of die vergoedingsrechten geldend kunnen worden gemaakt. Het hof geeft een duidelijke uitleg van het juridisch kader betreffende de eenvoudige gemeenschap, opeisbaarheid van vorderingen, verjaring, stuiting en verrekening. 

Cursussen binnenkort:

Lees verder
 

Two-party agreement internationale verhuizing

Nr: 25048 Gerechtshof Amsterdam, 01-05-2025 ECLI:NL:GHARL:2025:2680 Jurisprudentie Rechtsontwikkeling Gezag en omgang 1:253a BW

Rechtsvraag

Heeft de rechtbank terecht de vervangende toestemming om naar Engeland te verhuizen toegewezen?

Overweging

De rechtbank heeft de hoofdverblijfplaats van het kind bij de moeder bepaald en aan de moeder vervangende toestemming verleend om met het kind naar Engeland te verhuizen. De vader is in hoger beroep gekomen van deze beslissing. Het hof bekrachtigt de bestreden beschikking en oordeelt dat uit de two-party agreement die partijen in eerste aanleg bij de mediator hebben gesloten, al volgt dat de vader toestemming heeft gegeven voor de verhuizing naar Engeland in het geval de rechter zou oordelen dat het kind haar hoofdverblijfplaats zal hebben bij de moeder. Daarnaast neemt het hof in zijn oordeel mee dat niet is komen vast te staan dat de moeder van plan was zich in Nederland te vestigen, en dat de terugkeer naar Engeland door de moeder goed is doordacht en voorbereid, en dat het contact tussen de vader en het kind is gewaarborgd door de two-party agreement en tot op heden goed is verlopen

Cursussen binnenkort:

Lees verder
 

Geen toestemming voor vakantie naar Egypte wegens angst moeder

Nr: 25041 Gerechtshof Amsterdam, 25-04-2025 ECLI:NL:GHAMS:2025:1097 Jurisprudentie Geschilbeslechting Gezag en omgang 1:253a BW

Rechtsvraag

Mag de vader de kinderen een maand meenemen naar Egypte?

Overweging

Het hof oordeelt dat het nog te vroeg is om een vakantie naar Egypte met de vader toe te staan. De moeder is bang dat de vader de kinderen ontvoert, en dus niet meer zal terugbrengen. Hoewel de raad voor de kinderbescherming geen redenen ziet om er van uit te gaan dat dit een terechte angst is, acht het hof het niet in het belang van de kinderen om de verzochte vakantie toe te staan. De angst is namelijk zo overheersend aanwezig bij de moeder dat zij verminderd beschikbaar is voor de kinderen. 

Cursussen binnenkort:

Lees verder